EVS en de zenddag

Ik zal eerst wat meer uitleggen hoe de organisatie van mijn vrijwilligerswerk is geregeld.

Er is een Europees jeugdprogramma "Youth in action". Het programma heeft een aantal onderdelen. Hierbij kun je denken aan Youth for EU, uitwisselingsprojecten tussen jeugd in verschillende landen van de EU, netwerk en trainingsmogelijkheden hoe je projecten met de jeugd opzet etc.

EVS is ook een van deze onderdelen. EVS staat voor European Voluntary Service. Als jongere tussen de 16 en 30 heb je de mogelijkheid om 1x vrijwilligerswerk voor maximaal een jaar te doen in een van de andere EU landen.
Het doel van EVS is o.a. jongeren uitwisseling, netwerken tussen landen en organisaties en solidariteit ontwikkelen tussen jongeren van verschillende landen.
Om aan deze doelen te voldoen is het bijvoorbeeld verplicht voor mij om het EVS programma te promoten bij jongeren uit Spanje.
Het is ook mogelijk om buiten de EU een project te doen, maar daar heb ik zelf niet voor gekozen.

Het EVS programma heeft 3 verplichte onderdelen. De zenddag is de informatiedag in Nederland voordat je aan je EVS project begint. Wanneer ik aankom in Spanje organiseert de host organisatie een "on arrival" training. Daarnaast heb je nog een "mid-term" training, waarbij je ergens halverwege je project andere vrijwilligers ontmoet die net als jij buitenlander zijn in Spanje. Dit is bedoeld om ervaringen uit te wisselen.
Naast deze 3 verplichte dagen is er nog de mogelijkheid om na je EVS in Nederland deel te nemen aan het zogenaamde "terug kom" weekend. Je wisselt dan ervaringen uit met andere vrijwilligers die in allerlei landen verschillende typen projecten hebben gedaan. Dit weekend is optioneel.

Gisteren vond voor mij de zenddag plaats. Het was een dagvullend programma. Eerst werd er kennis gemaakt met de andere vrijwilligers. Zo moesten we bijvoorbeeld op leeftijd gaan staan. (Er waren zowaar nog 2 mensen ouder als mij!) en moesten we onze verwachtingen van EVS noteren op een papiertje en dit op de wereldkaart plakken en het land waar je naartoe ging erbij schrijven. De wereldkaart was redelijk ongelijk gevuld met veel Europese landen zoals Ierland, UK, Spanje, Portugal, Servië, Polen en Italië. Enkele mensen gingen buiten Europa, naar India en Ecuador.
We kregen ook informatie en tips over praktische zaken zoals
het regelen van een verzekering, welke rechten en plichten je hebt als vrijwilliger (Ja ook plichten, want het is geen vakantie natuurlijk!) en hoe zaken geregeld zijn indien je om een urgente reden terug naar Nederland moet. Die informatie wist ik allemaal al, omdat mijn zendorganisatie en host organisatie mij daarover goed geïnformeerd hebben.
Iets wat ik zelf erg interessant vond was de aandacht voor het thema "Intercultural learning". Hoe leer je een andere cultuur kennen? Naast zichtbare aspecten die je snel oppikt (kleding, gebruiken) zijn er ook onzichtbare onderdelen van een cultuur die moeilijker te ontdekken zijn (normen en waarden, religie).
Er werd gesproken over verschillende fasen in je project waarbij je eerst heel blij bent dat je mag gaan en later een cultuurshock kunt krijgen, daarna gewenning etc. Het wil natuurlijk niet zeggen dat iedere vrijwilliger die pieken en dalen kent, maar ik vond het erg handig om te weten. Er was aandacht voor kenmerken van een cultuurshock (lichamelijk en psychisch) en de vraag wat je eraan kunt doen werd natuurlijk ook beantwoordt.
Als een van de laatste onderdelen moesten we een 'nog te doen' lijstje maken.

Ik vond het erg leuk om te horen waar andere vrijwilligers naartoe gaan, wat ze gaan doen en waarom. De waarom redenen waren heel uiteenlopend: ontwikkelen van je onafhankelijkheid, carrière ontwikkeling, leren van een nieuwe taal, innerlijke rust, kennismaken met een andere cultuur. Het viel mij op dat er duidelijk 2 soorten jongeren waren: de eerste groep, net klaar met de middelbare school, zin in een 'jaar iets anders' en de tweede groep, studenten of afgestudeerden die nog niet wisten wat ze met hun studie wilden/konden of zich nog niet capabel genoeg achtten om in hun studiegebied aan de slag te gaan of nog geen baan konden vinden (tja die crisis).